De oranje en groene sjerp

Iedere ringrijder draagt tijdens een wedstrijd verplicht een oranje sjerp over het witte ZRV-shirt of (bij een demonstratie of folkloristische dag) over het boeregoed. Deze oranje sjerp wordt gedragen over de rechterschouder.

Wie goed kijkt, ziet tijdens een wedstrijd ook ringrijders met een groene sjerp over de linkerschouder. De groene sjerp betekent dat deze rijder tot dan toe de meeste ringen heeft gestoken. (er zijn afdelingen waar de rijder met de meeste ringen een rood-wit-blauwe sjerp draagt)

 

 

Jonassen

Als je winnaar bent van een wedstrijd of als je tussendoor een kamp hebt gewonnen, is het traditie om die ringrijder te jonassen. De hele groep ringrijders pakt de winnende ringrijder op en draagt hem of haar vanaf het eind van de baan tot bij de ring. Vaak wordt tijdens dat dragen naar het midden een lied gezongen. In het midden van de baan wordt de ringrijder vervolgens drie keer in de lucht gegooid.   

 De Pollepel

Een niet weg te denken prijs bij het ringrijden is de pollepel. Bij de meeste afdelingen is de strijd om de pollepel als volgt: wie in de laatste twee beurten allebei de ringen steekt, mag mee kampen om deze mooi beschilderde houten lepel. De pollepel op de foto hieronder is, zoals zovele andere pollepels van ZRV-wedstrijden en demonstraties, beschilderd door Els de Pagter. Bij de pollepel hoort meestal een fles jenever of bessenjenever, soms ook nog een paar klompen. Degene die de pollepel wint (en dus ook de jenever), giet de jenever in de grote lepel en gaat vervolgens alle deelnemers langs om ze uit de pollepel te laten drinken.

Tegenwoordig is de pollepel een felbegeerde ereprijs, maar vroeger was het juist een schandeprijs. Hij was toen bestemd voor de ringrijder die de hele dag geen ring had gestoken. Dit schandeteken kwam af van de gewoonte op de meeste boerderijen om in de zomer ’s avonds karnemelksepap te eten. De jongste knecht of koewachter moest deze pap roeren met een grote houten pollepel. Dat paproeren was geen populair baantje en de ‘papkoker’, zoals hij spottend werd genoemd, werd nog niet voor vol aangezien. Zodoende stond de pollepel symbool voor onhandigheid of onbekwaamheid, ook bij het ringrijden.

Suukerkomme klein

De suukerkomme 

Een andere traditie die nog steeds op sommige dorpen bij het ringrijden in ere wordt gehouden is het rondgaan met de ‘suukerkomme’. Dit is een kom, gevuld met brandewijn, suiker en zoute bolletjes. De suukerkomme ging rond onder de ringrijders, die met zijn allen in de baan zitten, tot deze helemaal leeg was.

 

Vrijdag 22 maart
Algemene ledenvergadering
De Fontein, Westkapelle

======================